Rühl Haegens Molenaar: VAR wordt BGL

Magazines | Noord-Limburg Business nr 6 2014

Opdrachtnemers én opdrachtgevers let op: VAR wordt BGL.

Op dit moment ligt er een wetsvoorstel tot wijziging van de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). De VAR wordt vervangen door een Beschikking Geen Loonheffing (BGL). De datum van invoering van de nieuwe regeling is nog niet bekend. Ondanks dat er (mijns inziens terecht) kritiek is op het wetsvoorstel en het dus de vraag is of het daadwerkelijk wordt ingevoerd, geeft het voorstel wel blijk van een richting die het Kabinet op wil.

Aanleiding

De bestaande VAR is bedoeld als hulpmiddel voor de beoordeling van een arbeidsrelatie. Opdrachtnemers, waaronder zzp’ers, kunnen zo’n VAR aanvragen bij de Belastingdienst. De Belastingdienst beoordeelt deze aanvraag en kan dan vervolgens een VAR afgeven. Deze VAR vrijwaart de opdrachtgever van de verplichting om loonheffing in te houden op de vergoeding: daarmee wordt dus min of meer vastgesteld dat er geen sprake is van een dienstbetrekking. Over de fiscale positie van de opdrachtnemer (wel of geen ondernemerschap voor de belasting) geeft de VAR slechts een voorlopig oordeel: achteraf kan de Belastingdienst de werkzaamheden alsnog fiscaal kwalificeren.

Gebleken is dat de aanvraag niet altijd de juiste gegevens bevat en dat de Belastingdienst dan ook (achteraf bezien) ten onrechte een VAR heeft afgegeven. De Belastingdienst kan dan, gezien de vrijwaring bij de opdrachtgever, uitsluitend handhavend optreden bij de opdrachtnemer. Het Kabinet vindt dit ongewenst en heeft daarom een nieuwe regeling voorgesteld.

Inhoudelijk

Op de eerste plaats is sprake van een vereenvoudiging: op dit moment is sprake van vier verschillende VAR's, terwijl er straks nog slechts sprake is van één BGL.

De tweede wijziging is dat de reikwijdte van de BGL nog uitsluitend de loonheffing betreft: indien een BGL wordt afgegeven hoeft over de vergoeding geen loonheffing te worden ingehouden (vergelijkbaar met de VAR), maar de BGL zegt niets over de fiscale positie van de opdrachtnemer (terwijl die indruk wel aanwezig is bij de VAR).

Deze wijziging leidt tot meer duidelijkheid, maar wijkt voor de praktijk slechts beperkt af van de huidige regels.

De derde maatregel betreft de introductie van de medeverantwoordelijkheid van de opdrachtgever voor de controle en de juistheid van de BGL! Deze maatregel is naar mijn mening van groot belang voor de praktijk: indien de Belastingdienst namelijk achteraf constateert dat de arbeidsrelatie afwijkt van de feiten en omstandigheden zoals vermeld in de aanvraag, dan kan de Belastingdienst een naheffingsaanslag loonheffing opleggen aan de opdrachtgever.

Ten vierde wordt de geldigheid van de beschikking aangepast: een VAR is/was in beginsel voor een jaar geldig. Een BGL is slechts geldig voor opdrachten die dezelfde soort werkzaamheden betreffen. Indien er meerdere soorten werkzaamheden zijn, dan zullen er meerdere BGL’s moeten worden aangevraagd.

Tenslotte gaat de aanvraagprocedure veranderen: de aanvraag verloopt via een webmodule, die een oordeel biedt over de inhoudingsplicht aan de hand van een serie vragen. De opdrachtnemer moet de aanvraag doen en de opdrachtgever moet deze (deels) controleren om de gewenste zekerheid te verkrijgen. Dit laatste betekent helaas extra administratieve lasten.

Tot nader bericht blijft een afgegeven VAR voor 2014 ook nog in 2015 geldig. Wij zullen de ontwikkelingen blijven volgen en u daarover berichten via onze website en nieuwsbrieven.

belastingadvies

Mr. F.G.P.A. (Fer) Verbeek FB

vennoot bij Rühl Haegens Molenaar

delen:
Algemene voorwaarden Hosted by