Column Voor de Zaak: compensatieregeling transitievergoeding na twee jaar ziekte

Magazines | Noord-Limburg Business nr 1 2018


Marivonne van Kralingen, Mede-eigenaar Voor de Zaak

De Wet werk en zekerheid is voor vele werkgevers een doorn in het oog. Eén van de doornen die ook zeker prikt, is de uitwerking dat een werknemer na twee jaar ziekte recht heeft op een transitievergoeding. Dit is een aanzienlijke lastenverzwaring bovenop een toch al hele lange periode waarin de werknemer recht heeft op loondoorbetaling bij ziekte en de kosten van de re-integratie. Een oud fenomeen is daardoor herleefd, het slapend dienstverband.


Een slapend dienstverband is een dienstverband waarin de werkgever (na twee jaar ziekte) geen loon meer betaalt, en de werknemer geen arbeid meer verricht maar het dienstverband wel voortduurt. De keuze voor een slapend dienstverband is om betaling van de transitievergoeding te voorkomen. Immers, de transitievergoeding is alleen verschuldigd als de arbeidsovereenkomst daadwerkelijk wordt opgezegd met een ontslagvergunning van het UWV of wordt ontbonden door de kantonrechter.

Vele pogingen ten spijt waren de rechters de werknemers hierbij niet behulpzaam. Uit de jurisprudentie volgt dat een werkgever niet verplicht is om het dienstverband op te zeggen na twee jaar ziekte en daarmee dus ook niet verplicht om de transitievergoeding te betalen. Een praktijk die volgens de politiek niet gewenst is. Het zou een mogelijk onrechtvaardig onderscheid opleveren.

Een fenomeen dat volgens oud-minister Asscher een oplossing nodig had. Hij diende het Wetsvoorstel Compensatie transitievergoeding na twee jaar ziekte in. Op basis van dit voorstel kregen werkgevers de transitievergoedingen die zij vanaf 1 juli 2015 aan langdurig arbeidsongeschikten hebben betaald, terugbetaald door het UWV uit het Algemeen Werkgeversfonds (Awf). Het zou pas ingevoerd worden met ingang van 2019. Het was een wetsvoorstel dat tijdens de verkiezingen en de formatieperiode controversieel werd verklaard, met andere woorden: op de plank werd gelegd voor het nieuwe kabinet.

De nieuwe minister Koolmees heeft in februari 2018 laten weten dat het streven is de wijziging per 1 januari 2020 in werking te laten treden. Minister Koolmees heeft daarnaast aangegeven dat het streven nog altijd is de regeling met terugwerkende kracht in te laten gaan. Alle transitievergoedingen die vanaf 1 juli 2015 betaald zijn aan langdurig arbeidsongeschikten werknemers, komen dus voor compensatie in aanmerking. Ook die transitievergoedingen die betaald zijn bij een beëindiging met wederzijds goedvinden (vaststellingsovereenkomst).

Minister Koolmees wil voorkomen dat werkgevers wachten met het beëindigingen van de dienstverbanden tot de invoering van de nieuwe regeling. Om die reden krijgt een werkgever straks niet méér vergoed dan de transitievergoeding aan het einde van de 104 weken loondoorbetalingsverplichting. Blijft het dienstverband daarna bestaan en wordt er een slapend dienstverband gecreëerd, dan moet de transitievergoeding die wordt opgebouwd over de periode dat het dienstverband slapend is door de werkgever zelf worden betaald. De dienstjarenopbouw loopt namelijk door zolang de werknemer in dienst is.

Een slapend dienstverband laten bestaan is overigens niet zonder enig risico. Een dergelijk dienstverband kan ontwaken. Een werknemer kan bij (gedeeltelijk) herstel aanspraak maken op passend werk en de bijbehorende loonbetaling. De werkgever heeft namelijk zolang het dienstverband voortduurt de verplichting om passend werk aan te bieden. Heeft u vragen over slapende dienstverbanden, re-integratietrajecten of zieke werknemers, neem dan vrijblijvend contact met mij op via marivonne@voordezaak.nl of 06-47898741.
delen:
Algemene voorwaarden Hosted by